Of je het nu hebt over saté, satai, satay of sateh, iedereen kent het. De stukjes geroosterd vlees op een houten spies is een van de meest bekende gerechten uit de Indonesische en Maleisische keuken. De meest bekende soorten saté zijn:
- saté babi, dit wordt gemaakt van varkensvlees.
- saté ajam, gemaakt van kip.
- saté udang, hiervoor gebruikt men garnalen in plaats van vlees.
- saté kambing, saté van geitenvlees.
- saté padang, saté van rundvlees.
In Indonesië en Maleisië wordt saté meestal met rijst, atjar of komkommer gegeten. De saté wordt dan overgoten met een saus op basis van ketjap of sambal. De meest bekende is pindasaus, maar de Indonesische pindasaus lijkt in de verste verte niet op de pindasaus zoals wij die hier kennen. Dit recept is een traditioneel Indonesisch recept dat generaties lang is doorgegeven.
Persoonlijk vind ik dit recept zo lekker, dat saus overbodig is. Iets wat iedereen die deze saté geproefd heeft, kan beamen. Maar oordeel vooral zelf!
Wat heb je nodig?
1 kg vlees, afhankelijk van welke variant je wilt maken. Ik heb gekozen voor kip.
Voor de marinade:
2 spaanse pepers, eventueel wat sambal
2-3 teentjes knoflook
+/- 3 cm verse gember
+/- 3 cm verse laos
2 stuks sereh (citroengras)
1 ½ theelepel djinten (gemalen komijnzaad)
1 ½ theelepel ketoembar (gemalen koriander)
sap van 1 ½ limoen
olie
ketjap manis
Aan de slag:
Snijd de peper fijn, als je van pittig houdt laat je de zaadjes zitten, anders verwijder je de zaadjes en de zaadlijsten. Je kunt de pepers ook vervangen voor wat sambal. Schil de gember en laos en snijd deze in kleine stukjes. Snijd de sereh kruislings in, maar niet helemaal door. Je krijgt nu een soort van kwastje. Ik gebruik de sereh om alle ingrediënten te mengen. Doe de djinten en ketoembar in een grote kom, voeg hier de fijngesneden peper, de laos en de gember toe. Pers de knoflook boven de kom uit. Voeg nu het limoensap en een flinke scheut ketjap toe en meng met de sereh door elkaar. Voeg dan ook de sereh toe.
Snijd je vlees in blokjes vermeng dit met de marinade, voeg zoveel olie toe dat het vlees net onder staat. Laat het vlees nu afgedekt 48 uur (!) in de koelkast marineren. Roer af en toe even door.
Week een handje vol bamboe satéprikkers in wat water, dit voorkomt dat de prikkers verbranden tijdens het grillen. Geef het dus voldoende tijd om te weken.
Rijg de blokjes vlees aan satéprikkers en grill ze boven gloeiend houtskool. Serveer met rijst of met wat salade en stokbrood.
Selamat makan !!