Nog niet zo heel lang geleden was het vak van kok vooral weggelegd voor diegenen die niet zo goed konden leren, of die om wat voor reden dan ook bestempeld werden als “dom”. Ach, je kunt altijd nog kok worden. Een veel gehoord commentaar.
Lange dagen, hard werken en veel stress. Zo gaat het in de meeste horecakeukens er nog altijd aan toe. Vroeger had je daar ook nog een Chef-kok bij, die je voor het minste of geringste stijf schold en waar lichamelijke mishandeling met regelmaat voor kwam. Een ondankbaar vak waar je als “slimmerik” niet voor koos.
Het koksvak bestaat nog steeds uit lange dagen, veel stress en hard werken. Het stijf schelden en de lichamelijke mishandelingen komen (een uitzondering daargelaten) niet meer voor. Natuurlijk loopt door de werkdruk en stress de spanning wel eens hoog op. Dat leidt wel eens tot een scheldpartij. Maar het stelselmatig iemand, op denigrerende wijze, verrot schelden is passé. Gelukkig maar.
Mede dankzij de sociale media, televisieprogramma’s en nieuwe ontwikkelingen is de kok een ware kunstenaar geworden. Er worden de meest prachtige gerechten gecreëerd en als je sommige borden ziet, dan vraag je je soms af.. moet ik dat opeten of aan de muur hangen? Zo mooi.
En niet alleen in de professionele keuken zie je die verandering, ook in de keuken van de “hobby”kok worden fantastische dingen gedaan. Ik gebruik bewust aanhalingstekens bij het woord “hobby”‘. Sommige van deze koks hebben in hun huis en tuin zulke mooie apparatuur staan, dat zou in een professionele keuken niet misstaan. En die koks weten daarmee ook zulke gave dingen te maken, dat de term “hobby” nauwelijks gepast meer is. Ik ken “hobby”koks die met bijna elke professionele kok kunnen wedijveren. En ik ken ook koks die in staat zijn om water te laten aanbranden..
Wanneer ben je dan een kok? In mijn beleving is een kok iemand die geniet van het werken met mooie producten, die geniet van lekker eten, die bij ieder gerecht dat hij ziet bezig is met wat je er meer mee zou kunnen en die alles in het werk stelt om anderen te laten genieten van zijn kookkunst. Want als het je niet kan schelen of men je eten lekker vind, kun je maar beter stratenmaker op zee worden. Als kok probeer je je gasten even hun dagelijkse beslommeringen te doen vergeten. En als dat lukt… er is geen grotere kick dan dat! Dat geeft de allergrootste voldoening. Kok.. dat ben je. Het behalen van een papiertje of grote theoretische kennis maakt je nog geen kok. Het papiertje toont aan dat je hebt leren koken.
Afgelopen week mocht ik meekijken en mee proeven bij een proefexamen van de Culinaire Vakschool in Groningen. De koks daar, en de mensen die ik daar ontmoet heb zijn echte koks, hebben, met begeleiding van een bevlogen groep docenten, in tien weken tijd geleerd om te koken. Een heel gemêleerd gezelschap van mensen die er voor gekozen hebben om hun kokspapieren te behalen. Sommigen hebben een nare tijd achter de rug, een ander is vanwege dyslexie voortijdig met school gestopt, weer een ander heeft een groot gebrek aan zelfvertrouwen of is extreem verlegen. Maar ook hoog opgeleide mensen die ervoor gekozen om zich te laten omscholen. Het zijn allemaal leerlingen van deze school. En allemaal hebben ze het zelfde doel: een ambacht leren.
Ik moet zeggen dat ik aangenaam verrast was van het niveau van deze groep,na tien weken dit al laten zien. Petje af! Maar het mooiste is om te zien en te proeven met hoeveel liefde deze groep met koken bezig is. Echt heel gaaf! Of ze hun papiertje gehaald hebben of niet.. deze groep mag zich wat mij betreft kok noemen. Want in de woorden van de bekende kok Julia Child: “People who love to eat are always the best people”
Ze hebben mij laten zien dat je een kok bent..soms hoef je alleen nog maar te leren koken.